Het hardloperswoordenboek: alle hardlooptermen op een rijtje

Als je een beetje bekend bent in het wereldje van hardlopers krijg je regelmatig wat termen naar je hoofd gesmeten. Sommige termen klinken je vast, maar andere leveren misschien alleen maar vraagtekens op. Het vakjargon voor hardlopen is best uitgebreid. Daarom deel ik hierbij het hardloperswoordenboek met je, waarin alle termen op een rijtje staan.

Hardlooptermen voor verschillende afstanden tijdens een hardloopwedstrijd

Hieronder vind je allerlei hardlooptermen die je tegen kan komen als je meedoet aan een run.

Sprint

Een sprint in de atletiek is een hardloopwedstrijd tussen 60 en 400 meter. Een sprint wordt gelopen op de baan waarbij de atleet de energie niet hoeft te verdelen, maar op volle snelheid kan rennen

Middelafstandsloop

Een middelafstandsloop is een hardloopwedstrijd op de baan, die langer is dan een sprint en kan oplopen tot 3000 meter. Officiële middelafstandslopen zijn wedstrijden van 800 meter, 1500 meter en de mijlrun.

Marathon

Dit is een hardloopwedstrijd over een afstand van 42,195 kilometer

Halve marathon

Zoals de naam het al zegt is een halve marathon de helft van 42,195 kilometer. Dat maakt een halve marathon een atletiekwedstrijd over 21,0975 kilometer.

Ultraloop

Een ultraloop of ultramarathon is een hardloopwedstrijd waarbij de afstand groter is dan de marathon. Standaard afstanden zijn 50 km, 50 mijl, 100 km en 100 mijl.

Het hardloperswoordenboek voor verschillende hardlooptrainingen

Om een snellere en betere hardloper te worden, zijn er verschillende hardlooptrainingen. Elke hardlooptraining heeft zijn eigen voor- en nadelen. Door de trainingen te combineren heb je het beste van alles

Duurloop

Een loop waarbij het uithoudingsvermogen op de proef gesteld wordt

Tempoloop

Een tempoloop is een duurloop waarbij je constant een hogere snelheid aanhoudt. Het gelopen tempo is 80 tot 90 procent van het wedstrijdtempo.

Intervaltraining

Een intervaltraining is een training waarbij korte, intensieve stukken worden opgevolgd door een periode van rust

Fartlektraining

Dit is een hardlooptraining waarbij je speelt met verschillende snelheden.

Heuveltraining

Dit is een loop met verschillende hoogtemeters waarbij het lichaam door de zwaartekracht extra wordt belast.

Coopertest

Een loop waarbij je in twaalf minuten zo ver mogelijk loopt.

Overige hardlooptermen op een rijtje

Deze hardlooptermen worden regelmatig gebruikt in het hardloopwereldje. Als je op zoek bent naar informatie over hardlopen kom je deze termen regelmatig tegen. Het is daarom handig om te weten wat dit hardloopjargon betekent.

Aerobe verbranding

Verbranding van energie door je spieren met aanwezigheid van zuurstof

Anaerobe verbranding

Verbranding van energie zonder aanwezigheid van zuurstof. Hierbij ontstaat melkzuur als afvalstof in de spieren.

Crossloop

Een loop waarbij je over onverharde paden loopt.

Glycogeen

Overtollige koolhydraten in je lichaam worden omgezet naar glucose. Waarbij ze daarna worden opgeslagen in de spieren en lever als glycogeen.

Hardloopgel (gelletje)

Energie in vorm van een gel. Hardloopgel wordt vooral gebruikt bij een lange afstandsloop.

Man met de hamer

De energievoorraad is op in het lichaam en gaat over op vetverbranding. Door de verminderde energie voel je gelijk een stuk slapper.

Omslagpunt

Maximale hartslag die je voor langere duur kan volhouden, zonder dat je moe wordt.

Onderpronatie

Wanneer de voet niet veel proneert. De landing tijdens hardlopen is grotendeels op de buitenkant van de voet.

Overpronatie

Wanneer de voet teveel kantelt. De landing tijdens hardlopen is dan grotendeels op de binnenkant van de voet.

Verzuring

Wanneer er te weinig zuurstof in de spieren zit om het melkzuur te verbranden.

Welke hardloopterm kom jij regelmatig tegen en mist nog in het grote hardloperswoordenboek?